Meervoud
One apple, two apples. One cat, two cats. One photo, two photos.
In het Engels is het vormen van meervouden heel eenvoudig. Je zet namelijk altijd een -s achter het zelfstandig naamwoord. Kijk maar in het bovenstaande voorbeeld.
Wel zijn er aantal spellingsregels waar je rekening mee moet houden. Bij woorden die eindigen op een /s/klank moet je namelijk -es zetten:
- box boxes
- bus buses
- dress dresses
- watch watches
Woorden die eindigen op -y, veranderen in -ies in het meervoud:
- baby babies
- lady ladies
Woorden die eindigen op -f(e), veranderen in -ves in het meervoud:
- wife wives
- scarf scarves
- knife knives
Sommige woorden die eindigen op -o, veranderen in -oes in het meervoud. Let op! Dit geldt niet voor alle woorden die eindigen op -o, dus leer de volgende woorden uit je hoofd:
- potato potatoes
- hero heroes
- tomato tomatoes
Verder zijn er een paar uitzonderingen. Deze woorden zijn onregelmatig en volgen het regeltje niet. Deze moet je uit het hoofd leren.
- foot feet
- child children
- man men
- woman women
Oefeningen
Oefening 1: Vul de meervouden in en klik op check. Als je het woord goed hebt, wordt het woord dik gedrukt. Let op! In de oefening staan 3 onregelmatige woorden die je niet hoeft te kennen: louse, sheep en deer.
Oefening 2: Vul de meervouden in in de puzzel. Klik op het woord om het meervoud in te kunnen vullen.